Aandacht voor meerbegaafdheid in de groep

Aandacht voor meerbegaafdheid in de groep

Artikel

Subthema: geïntegreerd in de groep en plusklas

Op Werkplaats Kindergemeenschap (Bilthoven) is het onderwijs aan begaafde leerlingen geïntegreerd in de groep. In aanvulling hierop is een aanbod buiten de groep, in het Groepslab.

Om verwarring in dit artikel over deze school te voorkomen, is het goed om even stil te staan bij de terminologie van deze school: leerlingen zijn ‘werkers’ en leerkrachten zijn ‘medewerkers’.

Verrijking in de groep

Voor alle werkers is in de groep verrijking beschikbaar. Bij taal wordt er bijvoorbeeld gebruikgemaakt van verhaalopdrachten. Bij rekenen is er onder meer RekenXL en in de thema’s (projecten) zijn verrijkingsopdrachten opgenomen. Op de Werkplaats wordt gewerkt in kleurgroepen van ongeveer 150 kinderen; hier maken vijf groepen deel van uit. Binnen de kleurgroep wordt samengewerkt. Voor de instructie van bijvoorbeeld RekenXL komen werkers uit meerdere groepen bij elkaar. Iedere kleurgroep heeft een medewerker die meer- en hoogbegaafdheid (MHB) als aandachtsgebied heeft. Medewerkers die vragen hebben over verrijking kunnen bij hen terecht.

Groepslab

Sommige werkers hebben meer nodig dan in de groep geboden kan worden; zij krijgen verrijking buiten de groep. Dit wordt verzorgd door de medewerkers met MHB als aandachtsgebied. Zij hebben hiervoor één dag ambulante tijd. Hester van Rijssen is een van hen. Zij werkt tijdens die dag met kinderen uit groep 4 t/m 6. Elk lesblok (1,5 uur) schuiven er kinderen uit één jaargroep bij haar aan; meestal gaat om 4-10 kinderen. De verrijking buiten de groep wordt Groepslab genoemd.

Doelgroep

De samenstelling van het Groepslab wisselt nogal eens. Hester: ‘We kijken steeds voor welke kinderen dit passend is: welk ondersteuningsbehoeften zijn er, welke resultaten en hoe is de werkaanpak? Als een kind bijvoorbeeld moeite heeft met doorzetten of vermoedelijk onderpresteert, kan het Groepslab voor een bepaalde periode zinvol zijn. Er zijn ook kinderen voor wie de verrijking buiten de groep structureel nodig is, bijvoorbeeld kinderen die HB-plus getest zijn of kinderen die extreem gevoelig zijn op de zijnskenmerken.’

Leerdoelen

In het Groepslab is onder meer aandacht voor het overwinnen van faalangst, leren aangaan van uitdagingen, plannen, leerstrategieën en de leerkuil. Voor sommige werkers is het belangrijk dat ze leren hoe ze zelfstandig een probleem kunnen oplossen. Hester: ‘Bij problemen kunnen deze kinderen allerlei vluchtstrategieën inzetten. De een vertelt een mop, een ander smijt met een stoel of moet opeens heel vaak naar de wc. Ik help hen om hun eigen strategie te leren kennen en we kijken hoe het ook anders kan.’

Hoofd, hart en handen

In het Groepslab werken de kinderen aan heel diverse opdrachten. De ene keer is het een moeilijke puzzel of een denkopdracht, een volgende keer een creatieve opdracht. Doorgaans worden de opdrachten uitgelegd in de reguliere groep. Hester: ‘We zorgen dat een opdracht zoveel mogelijk aanhaakt bij wat er in de reguliere groep al gebeurt. Ieder kind mag meedoen aan de opdracht op zijn eigen niveau.’

Hester benadrukt dat dit soort verrijkingsopdrachten echt niet altijd heel complex hoeven te zijn. ‘Onlangs kregen de kinderen een weef-opdracht. In al zijn eenvoud was dat een gouden greep. Ze vonden het heel leuk om echt iets te maken. Dat past goed bij onze school, waar het om hoofd, hart en handen gaat. Deze kinderen zijn reuze slim, maar sommigen kunnen bij wijze van spreken geen knoop leggen. Dat is heel interessant, want wat gebeurt er dan met je en wat doe je als je vastloopt? Dat levert mooie gesprekken op over de leerkuil. En die is zó belangrijk, daarmee geef je ze de basis mee om overal mee om te leren gaan.’

Beschikbare download(s)

Deel dit item

Inloggen