Binnen de begeleidingstrajecten die door de schoolondersteuners van Team ZOUT worden uitgevoerd, ontstaat soms de behoefte om meer duidelijkheid te krijgen over het intelligentieprofiel van de betreffende leerling. Dit kan helpend zijn om meer zicht te krijgen op de onderwijs- en ondersteuningsbehoeften van de leerling.
Indien de betrokken schoolondersteuner samen met ouders en school tot de conclusie komt dat een onderzoek naar de intelligentie in dienst staat van de hulpvraag binnen het begeleidingstraject, dan kan een dergelijk onderzoek worden uitgevoerd door één van de gedragswetenschappers van Team ZOUT.
De betrokken schoolondersteuner legt de vraag voor aan de gedragswetenschappers van Team ZOUT. Twee van hen bekijken het dossier en de vraag om intelligentie-onderzoek. Op basis van een inhoudelijke afweging wordt nagegaan of intelligentie-onderzoek inderdaad passend is. Als dit zo is, zal één van deze twee gedragswetenschappers het onderzoek uitvoeren op de school van de leerling. Als de inschatting is dat intelligentie-onderzoek binnen Team ZOUT op dat moment niet passend is, dan wordt hiervan een terugkoppeling gegeven en wordt aangegeven wat een mogelijke alternatieve route of interventie is.
De noodzaak van – of behoefte aan een intelligentieonderzoek kan volgens de visie van Team ZOUT geen aanleiding zijn voor het starten van een begeleidingstraject. In dat geval kan een onderzoeksbureau ingeschakeld worden.
Behalve onderzoek naar de intelligentie kan volgens bovenstaande route ook – in heel beperkte mate – handelingsgerichte diagnostiek worden gedaan met behulp van een (gedrags)vragenlijst/vragenlijsten.
De gedragswetenschappers van Team ZOUT werken vanuit dezelfde beroepscode als onderzoekers bij een onderzoeksbureau. Dat houdt onder andere in dat toestemming van gezaghebbende ouders nodig is voor het uitvoeren van onderzoek én voor het delen van onderzoeksgegevens met school. De gedragswetenschapper zal de onderzoeksgegevens altijd eerst met ouders bespreken.